Het is lente! Overal steken vrolijk gekleurde bloemen hun kop in de zon: eerst de krokussen, daarna de narcissen en nu wordt het tijd voor tulpen. En met die tulpen kun je leuk experimenteren!

Experiment 1
Pak twee tulpen en snijd de onderste twee centimeter van de stelen af met een scherp mes (of schaar). Zet op beiden stengels om de twee centimeter, beginnend net onder de bloem. Prik bij één tulp over de hele lengte van de stengel minstens tien gaatjes. Prik dwars door de stengel heen. Geef de twee tulpen een nummer en zet ze in de vaas. Meet na een halve dag (of een hele dag) de afstand tussen de streepjes opnieuw op bij iedere tulp. Schrijf de scores op voor ieder stukje tussen de streepjes van boven naar beneden. Herhaal deze meting meerdere dagen. Zet de resultaten in een tabel (datum + tijdstip en groei). Zijn de tulpen gegroeid? Groeien alle delen van de stengel even snel?
Tip: Dit experiment duurt ongeveer anderhalve week, dus begin niet vlak voor een vakantie.
Tip: Wat gebeurt er als je een zakje snijbloemvoeding aan de vaas toevoegt?
Uitproberen
Als je de tulpen elke dag opmeet, zie je dat ze nog een heel stuk doorgroeien. Het hangt een beetje af van de omstandigheden, en niet elke tulp groeit even hard. Maar in het begin groeit de tulp ongeveer één tot anderhalve centimeter per dag. Na verloop van tijd groeien de tulpen steeds langzamer. Na 10 dagen waren mijn tulpen ruim 6 cm gegroeid.
De maatstreepjes aan de onderkant van de stengel blijven op hun plek. Het onderste deel van de tulp groeit nauwelijks. Alleen het gedeelte van de stengel tussen het bovenste blad en de bloem groeit.
Hoe dichter bij de bloem, hoe harder de stengel groeit. Na tien dagen was het bovenste maatstreepje 3 cm verschoven, het streepje daaronder 2 cm, het streepje daaronder 1 cm en het streepje daaronder nauwelijks. De tulp met de gaatjes in de stengel groeit minder ver door dan de tulp zonder gaatjes in de stengel.
Wat zit er achter?
Hoewel de tulpen zijn afgesneden, blijven ze nog even doorgroeien. De tulp bestaat uit cellen. De cellen onderin de stengel zijn ouder dan de cellen bovenin de stengel bij de bloem. De jonge cellen bovenin de stengel zijn nog niet volgroeid. In de loop van de week zuigen ze zich vol water, en zetten daardoor uit. De tulp wordt langer. Omdat de cellen hoog in de steel het minst volgroeid zijn en daardoor het meest kunnen uitzetten, groeit de stengel van de tulp bovenaan sneller dan onderaan de stengel.
Wanneer er gaatjes in de stengel zitten, stroomt het water minder goed door de stengel. De cellen krijgen minder water toegevoerd en groeien minder goed.
Experiment 2
Snijd de stengel van een witte tulp op ongeveer 10 centimeter onder de bloem door. Wat gebeurt er als je deze bloem met korte stengel in een glaasje water met een scheutje voedingskleurstof zet en een paar uur wacht? Wat als je de tulp na een paar uur van de ene kleurstof in de andere kleurstof zet? Wat als je de steel van een tulp van onder af in de lengte een stukje in knipt, en de ene helft in de ene kleurstof hangt en de andere helft in de andere kleurstof? Mocht je tulp niet goed staan bij deze laatste vraag, plak de halve tulpstengels dan met een stukje tape aan het glas.
Tip: Voer deze proef uit met tulpen die al een beetje open staan. Als de tulpen nog helemaal in de knop zitten, moet je langer wachten op resultaat.
Uitproberen
Als je de tulp in gekleurd water zet, zie je langzaamaan gekleurde lijntjes ontstaan in het blad van de tulp. Na een paar uur zie je al resultaat. Hoe langer je wacht, hoe meer kleur je ziet. Als je de gekleurde tulp in de andere kleur water zet, vermengt deze nieuwe kleur zich met de oude kleur. Als je de ene helft van de stengel in de ene kleur water zet, en de andere helft in de andere kleur, zal de tulp twee verschillende kleuren krijgen.
Wat zit er achter?
Tulpen hebben, net als andere planten, water nodig om te groeien. Dat water komt binnen via de wortels van de plant en verspreidt zich via de stengel of stam naar de bladeren en de bloem. In dit geval zitten er geen wortels meer aan de tulp, en wordt het water rechtstreeks uit het glas opgezogen door de stengel. Een deel van het water verdampt via de bloemblaadjes en de bladeren van de tulp. Dit vult de plant dan weer aan door water via de stengel op te zuigen. Hoe kan het water omhoog stromen, tegen de zwaartekracht in? Dat komt omdat de plant vol zit met piepkleine buisjes (de houtvaten). Deze zijn zo dun dat het water makkelijk omhoog gezogen wordt, dit noem je de capillaire werking. Dit kun je eenvoudig testen met twee rietjes van verschillende dikte. (Als je beide rietjes in het water steekt, zal het water erin omhoog schieten. In het dunnere rietje zal het water hoger komen dan in het dikkere rietje. De tulp zuigt in dit geval niet alleen het water maar ook de kleurstof op. Dankzij de kleurstof worden de dunne buisjes in het tulpenblad goed zichtbaar.
Meer onderzoek
Waar hangt de snelheid waarmee de tulp groeit allemaal van af? Onderzoek het door de tulpen in je bos over verschillende vaasjes te verdelen. Zet bijvoorbeeld een vaasje op een donkere plek, op een koude plek, in de volle zon, enzovoorts. Of kijk bijvoorbeeld wat het effect is van plantenvoeding, door in het ene vaasje wel voeding toe te voegen, en in het andere vaasje geen.
Experimenteren met...
Experimenteren met... is een initiatief van Edda Heinsman en TechYourFuture. Bekijk alle experimenten die leerkrachten inspiratie geven om met Wetenschap & Technologie aan de slag te gaan in de les.